Tot slot
Tot slot van de avond, wil ik dit nog kwijt:
Als iemand gekwetst is, wel dat het me spijt.
Ik hoop dat u mij dit ook nog wilt vergeven,
Zolang het mag duren, al is het maar even.
Geteld zijn de uren, berekend de tijd.
’t Is weldra gedaan met de levenswedstrijd;
De argwaan en zorgen, de haat en de nijd.
Voorbij met het doelloze zwoegen en zweven.
Tot slot van de avond,
Kan ik niet meer antwoorden op elk verwijt.
Ik sta bij u in het spreekwoordelijk krijt.
We gaan er nu niet over ziften en zeven.
We hebben daar niet al te lang voor te leven,
En na ons komt nog wel genoeg eeuwigheid,
Tot slot van de avond.
0 reacties